Warm in de Winter

Het drielagensysteem als beste manier om je te kleden in de natuur

Ook in de winter kan je er op uit trekken. Je zal de natuur rondom je zelfs herontdekken. Bomen en struiken hebben minder bladeren, dus veel kleine vogels zijn nu beter zichtbaar. En in de modder of sneeuw staan plots overal pootafdrukjes. Niets dat je tegen houdt dus, maar hoe kleed je je nu het beste voor de winter?

Door Arne Monstrey, medewerker K2

Het drielagensysteem is ontwikkeld voor en door buitensporters. Het stelt je in staat om warm en droog te blijven, ongeacht de weersomstandigheden.
De bedoeling is dat je je altijd en overal kunt kleden op een comfortabele manier.

Kort samengevat doen deze drie lagen het volgende: De eerste laag bestaat uit thermische onderkledij die je warm en droog houdt door je zweet zo snel mogelijk af te voeren. De tweede laag is een isolatielaag die als doel heeft om je aangenaam warm te houden en de derde laag is de beschermingslaag tegen weer en wind. Ze is waterdicht, winddicht en tegelijkertijd ademend.

De eerste laag

Heel belangrijk als je in de winter buiten wil gaan stappen is je eerste laag: het thermisch ondergoed. Deze laag zorgt ervoor dat je zweet snel afgevoerd wordt van je lichaam weg en naar de buitenste lagen toe. Absoluut uit den boze in deze eerste laag is katoen. Katoen is een vezel die heel graag en heel lang vocht wil vasthouden. En dat is iets wat je ten allen tijde wil vermijden. Een beter alternatief is onderkledij uit merinowol, polyester of een combinatie van beide. Merinowol heeft het voordeel dat het geen geuren vasthoudt. Je kan het dus meerdere dagen aanhouden zonder je smerig te voelen. Dit in tegenstelling tot synthetische vezels die veel sneller beginnen te stinken. Het nadeel van merinowol is dat het (ondanks zijn stevige prijs) niet heel slijtvast is. Daarom wordt er steeds meer onderkledij aangeboden met een mengeling van synthetische stoffen en merinowol, om zo het beste van twee werelden te combineren. Het hoofddoel van de eerste laag is dus om je droog te houden tijdens en vlak na fysieke inspanningen door je zweet zo snel mogelijk af te voeren. De eerste laag is misschien wel de belangrijkste schakel in je hele drielagensyteem om ervoor te zorgen dat je warm blijft.

Afhankelijk van het seizoen ga je voor een T-shirt met lange of korte mouwen. Onderaan heb je de keuze uit slips, boxers of een legging. De pasvorm is best nauw aansluitend als je op zoek bent naar extra warmte.

Odoo CMS - een grote afbeelding

Stijn Thomas, medewerker K2. Verse sneeuw op de Route Des Crêtes in de Franse Jura.

De tweede laag

De tweede laag is je isolerende laag. Ze houdt je warm door je eigen lichaamswarmte vast te houden. Meestal gebruikt men hier fleece voor. Heel belangrijk is dat ook deze laag het vocht van de eerste laag kan doorgeven aan de derde laag en zo naar buiten toe. Daarom dat ook hier weer een katoenen trui uit den boze is. Een wollen variant kan eventueel wel, maar het nadeel is dat deze vaak nogal zwaar en volumineus is. En dat is lastig als je ze moet meedragen in je rugzak. Fleece heeft als grote voordeel dat het zeer licht en compact is. Tegelijkertijd biedt het enorm veel isolatiewaarde voor zijn lage gewicht, zelfs als het vochtig is. Het hoofddoel van deze tweede laag is dus om je warm te houden.

Er bestaan verschillende pasvormen. Algemeen geldt de regel: hoe strakker op het lichaam, hoe warmer het kledingstuk. Veel actieve buitensporters gaan daarom kiezen voor een Powerstrecth Fleece als tweede laag. Hier is elastaan aan toegevoegd, waardoor de fleece veel meer stretcht en je dus beweeglijker wordt. Bovendien is de buitenkant van de fleece glad, waardoor je gemakkelijker in je jas schuift en je geen visueel hinderlijke 'opwolling' meer krijgt aan de buitenkant. In de zomer kan je kiezen voor een dunne en dus minder warme uitvoering. In de winter ga je uiteraard best voor een iets dikker en dus ook beter isolerend model.

Fleece is een schitterende stof die voor een laag gewicht en een laag pakvolume een zeer hoge isolatiewaarde heeft. Vanaf het begin van het drielagensysteem, was dit hét kledingstuk bij uitstek dat de tweede laag typeerde.

Fleece bestaat volledig uit polyester. Dit maakt het relatief goedkoop, maar ook zeer slijtvast én vormvast. Je hebt het voor jaren en het draagt heel gemakkelijk. Tegenwoordig bestaat fleece meestal voor een groot deel uit gerecycleerd polyester (gemaakt van PET-flessen). Verwacht wordt dat dit percentage in de komende jaren alleen maar zal stijgen.

Een ander voordeel van fleece is dat het bijna geen vocht opneemt en zeer snel droogt. Wordt het toch nat, dan blijft het zeer goed isoleren. De stof is uitermate ademend, maar is daardoor ook absoluut niet winddicht. Hou daar dus rekening mee als je het als buitenste laag draagt. Bij een beetje wind wordt al je vastgehouden lichaamswarmte zo weggeblazen.

Fleece bestaat in verschillende soorten.

      Ga er in principe van uit dat een dikkere fleece meestal warmer is dan een dunnere fleece.

      Een fleece die strakker aanzit (zoals bijvoorbeeld een stretch model) zal steeds warmer zijn.

      Modellen met 'lange haren' (meestal pile-fleece genoemd) zijn ook warmer. Die langere fleecevezels zijn immers in staat om meer warme lucht vast te houden.

      Een fleece waarbij aan de binnenkant een duidelijke wafelstructuur te zien is (zichtbaar als kleine vierkantjes), is bedoeld voor mensen die denken er veel in te zweten, maar die niet altijd de mogelijkheid hebben om snel van kledij te veranderen (een alpinist bijvoorbeeld). Het teveel aan zweet zal dan opgevangen worden in de de kanaaltjes tussen de vierkantjes. Op die manier hebben enkel de hogere en dus droge vierkantjes contact met de onderliggende laag of de huid.

      Verder is een model met een kap warmer dan een model zonder kap.

Het is altijd interessant om een fleece te kiezen met op zijn minst een korte en liefst een lange rits. Op die manier kan je gemakkelijker je eigen lichaamstemperatuur regelen. Sommige modellen hebben iets langere mouwen met een kleine opening waardoor je je duim nog kunt steken. Aangezien deze modellen strakker rond de pols zitten en al een deel van je hand bedekken, zullen ook deze iets warmer zijn.

Odoo - Voorbeeld 1 voor drie kolommen

Koude ochtend in de Spaanse Sierra Nevada

Odoo - Voorbeeld 3 voor drie kolommen

Sierra Nevada, Spanje

Odoo CMS - een grote afbeelding

Op trektocht door de Jura via de Routes Des Crêtes. In de verte rijzen de Alpen op aan de horizon.

Bij de tweede laag kan je naast fleece ook kiezen voor een donsjas of een isolatiejas met synthetische vulling. Kort samengevat mag je ervan uitgaan dat een synthetische jas het meest geschikt is als je ze wilt dragen tijdens actieve fases en een donsjas tijdens stilstaande fases. Je kunt een jas even warm krijgen met beide soort vullingen, maar dons zal voor hetzelfde warmtebereik altijd lichter en compacter zijn. Helaas is het ook altijd duurder en mag het niet nat worden, want dan verliest het zo goed als alle isolerende waarde. Dit kan gebeuren door regen of door excessief zweten, zeker als je ook een rugzak aanhebt. Synthetische vullingen zullen zelfs nat nog steeds veel van hun isolatiewaarde behouden.

De derde laag

De derde laag is je beschermende laag. We spreken hier over hardshells. Het is de laatste schakel die je beschermt tegen de elementen. Het is deze laag die je afschermt van de regen, de sneeuw en de wind. Uiteraard moet ze ook zweetdoorlatend zijn en dat is geen sinecure. Ook al zijn hardshells tegelijkertijd waterdicht én ademend, voor mensen die veel zweten of tijdens zware fysieke inspanningen in slecht weer, zullen ze altijd hun beperkingen blijven hebben. Daarom zijn jassen (en in mindere mate ook broeken) met ventilatieritsen een echte aanrader. Ook al kun je in mindere omstandigheden dus langzaam nat worden door condensatie aan de binnenkant van je jas, toch is dit nog steeds te verkiezen boven volledig doorweekt geraken zonder regenjas. Het hoofddoel van deze laag is dat ze je warm houdt door je te beschermen tegen de koude wind en dat ze je droog houdt door je te beschermen tegen regen of sneeuw. Tegelijkertijd moet ze je zweet doorlaten.


Het is de duurste laag in je hele systeem, maar het loont wel de moeite om hier in te investeren. Een stevige waterdichte rits, een goed aanpasbare kap, ventilatieritsen onder de armen, het zijn allemaal maar details, maar ze doen de prijs vlug stijgen. Ben je van plan om er ook in slecht weer op uit te trekken, dan lonen ze allemaal echt de moeite.
Odoo CMS - een grote afbeelding
K2 medewerker Stijn Thomas op de toppen van de Routes Des Crêtes in de Jura. 

Hardshell is de Engelse benaming voor wat wij regenjassen noemen. Je mag er van uitgaan dat een waterdichte jas ook 100% winddicht is. Je kan deze dus perfect gebruiken als bescherming tegen harde en koude wind. Alleen zal het ademend vermogen lager liggen dan bij bijvoorbeeld een softshell. Het dragen van een windstopper of een softshell onder een hardshell heeft dus geen enkele zin.

De waterdichtheid van een jas wordt meestal weergegeven met de waterkolom (en uitgedrukt in mmH2O). Een waterkolom van 2.000 à 3.000 mmH2O stelt helaas niets voor. In tegenstelling tot wat sommige goedkopere merken je willen doen geloven, is deze waarde echt veel te laag om een fikse regenbui aan te kunnen. Ook 5.000 mmH2O is nog steeds niet goed genoeg voor een hevige regenbui. Vind je deze getallen terug op een jas of vind je helemaal geen waarde voor de jas van jouw interesse, spaar dan je geld en durf te investeren in een jas met een hogere waterkolom. Pas vanaf 10.000 mmH2O kun je spreken van een degelijke regenjas. En eigenlijk is 15.000 mmH20 nog beter. De reden waarom deze getallen best zo hoog mogelijk zijn, is dat je bijvoorbeeld een pak extra druk zet op je ellebogen en schouders als je je armen plooit. Maar ook omdat een rugzak voor veel extra druk zorgt op je schouders, rug en heupen. Deze extra druk zorg ervoor dat water als het ware doorheen je jas zou kunnen geperst worden. De echte toppers hebben een waterkolom van 20.000 mmH2O, 24.000 mmH2O of zelfs nog hoger. Zoek je een jas om elke dag je hond uit te laten, dan kun je gerust voor een jas met een waterkolom van 10.000 mmH2O gaan. Wil je echter een jas die je altijd en overal beschermt, ook als je twee weken met een zware rugzak door een regenachtig klimaat wilt gaan trekken, dan kies je beter voor een jas met een waterkolom van 20.000 mm of hoger.

 

Het uitdrukken van het ademend vermogen van je jas is helaas iets moeilijker. Daar waar bijna alle merken wereldwijd dezelfde standaard gebruiken om waterdichtheid uit te drukken, zijn er verschillende tests om het ademend vermogen weer te geven. Bij de R.E.T schaal bijvoorbeeld (Resistance Evaporative Transfert) is het de bedoeling om een zo laag mogelijk getal te krijgen. Alles onder de 6 is uitermate ademend, maar dikwijls is je jas dan ook niet meer zo slijtvast. Alles onder de 12 wordt nog steeds als zeer goed beschouwd voor de gemiddelde buitensporter. Hou er wel rekening mee dat transpireren iets heel persoonlijks is en dat sommige mensen hier meer last van hebben dan andere. Nog een veel gebruikte meetmethode is de M.V.T.R schaal (Moisture Vapour Transmission Resistance). Hier is het net de bedoeling om een zo hoog mogelijke waarde te verkrijgen. Alles boven de 20.000 is zeer goed ademend. Alles boven de 15.000 wordt als goed genoeg beschouwd. Ondanks al deze technische waarden is het aan te raden om een jas met ventilatieritsen te kiezen (de zogeheten pitzips). De extra verluchting onder je oksels is echt zijn geld waard.

In tegenstelling tot de kledij uit je eerste of tweede laag, vergt het onderhoud van de kledij uit de derde laag iets meer aandacht. Uiteraard is het belangrijk dat je telkens de juiste wasvoorschriften van de leverancier volgt. Deze staan op een label in je kledingstuk vermeld. Kort samengevat mag je er bij buitensportkledij steeds van uitgaan dat je nooit wasverzachter mag gebruiken en dat je alles wast op een maximumtemperatuur van 40°C. Omdat je op deze manier eerder 'koud' wast, is het aan te raden om met een vloeibaar wasmiddel in plaats van met waspoeder te werken. Het waspoeder zou immers niet volledig kunnen oplossen en zeepresten achterlaten in of op je kledingstuk.

Voor regenkledij (hardshell jassen en broeken) bestaan er specifieke wasmiddelen. Deze zijn speciaal ontworpen om de waterdichte én ademende eigenschappen van je jas (of broek) te onderhouden en opnieuw te maximaliseren. Veel mensen hebben schrik om hun jas te wassen uit angst dat de waterdichtheid dan verdwijnt. Het tegendeel is echter waar. Een niet gewassen jas gaat veel vlugger kapot. Dit zie je het snelst in de kraag en de kap van je jas waar je haar (dat van nature iets vettiger is) de binnenkant van je jas (en dus ook van je coating of membraan) gaat aantasten. Typisch krijg je hier dan een donkerdere verkleuring. Als je je jas dus niet wast, zul je hier op korte termijn last beginnen krijgen van delaminatie. Het is voor een fabrikant heel vlug duidelijk of een jas al dan niet correct onderhouden is geweest of niet. Als zij zien dat je jas nooit of nauwelijks gewassen is geweest, vervalt elke aanspraak op garantie. Vraag bij de aanschaf van je nieuwe technische buitensportkledij dus steeds ook naar het juiste onderhoud en de wasvoorschriften.

Wat wel kan, is dat je bij het wassen de kwaliteiten van je DWR-coating verliest. Datgene wat je jas of je broek waterdicht maakt, is niet de buitenkant van je kledij, maar wel het membraan of de coating die juist onder het bovenmateriaal steekt. Meestal zie je dit zelfs niet. Maar om een extra eerste waterdichte bescherming op je kledij te zetten, spuit men meestal nog een DWR-coating op de buitenkant van je jas. De zogenaamde Durable Water Repellency. Deze verdwijnt sowieso bij slijtage door gebruik, maar dus ook door wassen. Helaas kun je nooit meer hetzelfde initiële 'waterafparelende' resultaat bekomen als van in het begin. Dit komt omdat de fabriekscoating in een gecontroleerd proces gebruikt kan worden en de afvalstoffen hiervan nadien zo milieuvriendelijk mogelijk verwerkt kunnen worden. Als particulier kan dit niet. De stoffen die wij mogen gebruiken zijn helaas nét iets minder goed, maar nog steeds goed genoeg en toch al iets milieuvriendelijker. Je kunt kiezen voor een vloeibaar wasmiddel ter vervanging van je normaal wasmiddel. Sommige van deze producten zorgen enkel voor een reiniging, anderen zorgen ineens ook voor een herimpregnatie. Dit laatste kan ook gedaan worden onder de vorm van een spray. Maar dan nog is het beter om je jas eerst gewassen te hebben.

Een simpele truc om te zien of je jas lekt of dat je tijdens het wandelen eerder last het van condensatie, is om er mee onder de douche te gaan staan. Op enkele minuten tijd krijg je zo een serieuze hoeveelheid water te verwerken. Komt er effectief vocht door? Dan is je jas helaas niet langer waterdicht. Blijf je droog, dan is hij wel nog waterdicht en is dat klamme gevoel dat je soms tijdens het wandelen kunt krijgen eerder te wijten aan condensatie.

Natte regenkledij wring je best niet uit, maar hang je gewoon te drogen. Alleen als het waslabel het vermeldt, mag je jas of broek ook in de droger. Het voordeel hiervan is dat de werking van je DWR-coating  terug geoptimaliseerd geraakt. Door warmte toe te voegen aan je jas of broek, heractiveer je zelfs de werking van die DWR-laag. Dit kun je dus doen met behulp van een droogtrommel. Veel nieuwe modellen hebben hier zelfs een specifieke sport- of buitensportfunctie voor staan. Als je jas niet in de droger mag, dan kun je ze ook strijken. Doe dit sowieso op lage temperatuur (op synthetisch of op één bolletje) en liefst zelfs nog met een dunne doek tussen jas en strijkijzer. Een laatste manier tenslotte is met behulp van een haardroger, maar dit is nogal tijds- en arbeidsintensief. Feit is wel dat warmte er voor zorgt dat de DWR-laag weer mooi over de buitenstof verdeeld geraakt.

Het drielagensysteem is toepasbaar over heel je lichaam. Naast je boven-en onderlaag zijn tijdens de winter ook je handen, voeten en hoofd belangrijk om warm te houden.  Tijdens koude winterdagen verliezen we hier het snelst onze warmte. Bij extreme koude probeert je lichaam haar temperatuur op peil te houden door haar kern zo lang mogelijk warm te houden. Alle organen moeten beschermd worden tegen de kou. Hierdoor wordt het minste aandacht besteed aan de lichaamsdelen die het verst van je hart staan (de bron van je bloedsomloop). Je krijgt het dus eerst koud aan je tenen en je voeten, je vingers en je handen, maar ook aan je oren, je neus en je wangen. Cruciaal voor een fijne winterse wandeltocht is dus dat je deze warm houdt!