K2-ambassadeur Jan Ostermeyer wil alle vierduizenders in de Alpen beklimmen

"We hebben er nooit over gepraat, maar het werd mijn missie om zijn droom voort te zetten."


Ook dit jaar stuurt K2 weer zes gedreven avonturiers de wereld in als trotse ambassadeurs. Gedreven door persoonlijke dromen, uitgerust met de expertise en het materiaal van K2, én gecoacht door mentor Jelle Veyt, staan deze unieke reisprojecten garant voor inspirerende verhalen. In deze reeks duiken we in hun plannen. Dit keer volgen we Jan Ostermeyer, die ooit alle vierduizenders in de Alpen wil beklimmen, om de droom van zijn grootvader verder te zetten.
Kun je ons iets vertellen over je grootvader en zijn bergbeklimmersdroom?

‘Ik had een sterke band met mijn grootvader omdat ik het eerste kleinkind ben en het enige dat zijn vrouw, mijn grootmoeder, nog heeft gekend. De eerste twee jaar van mijn leven was ik ook elke dag bij mijn grootvader, omdat mijn moeder vlak bij hem werkte. Toen mijn grootvader zelf in 2010 onverwacht stierf, was dat dus een enorme schok.

Op dat moment was ik zelf nog niet actief bezig met bergbeklimmen. Ik wist wel dat mijn grootvader een gepassioneerd klimmer was, want hij toonde vaak foto’s en films van zijn tochten. Maar samen naar de bergen gaan, is er nooit van gekomen.’


Wat was jouw eerste beklimming?

‘Als student aan de Universiteit van Antwerpen kreeg ik in 2013 de kans om de Mont Blanc te beklimmen. Ik besloot mee te gaan en de as van mijn grootvader op de top uit te strooien. Hij had die berg zelf samen met mijn moeder beklommen. Die ervaring beviel me enorm en zo is de bal beginnen te rollen. De universiteitsgroep ALPUA wilde zich ontwikkelen tot een volwaardige bergsportclub van en voor studenten. Ik stapte mee in het bestuur en vanaf toen organiseerden we elk jaar klimexpedities.’

Checklist


Wanneer ontstond het plan om alle vierduizenders in de Alpen te beklimmen?

‘In 2016-2017 maakte ik een moeilijke periode door. Ik had het gevoel dat ik het verhaal van mijn leven niet zelf geschreven had. Ik had net een huis gekocht met mijn vriendin en er hingen allerlei verwachtingen boven me: nu ga je werken, kinderen krijgen, en dat is het leven. Voor mij klopte het op dat moment niet en dan moet je moeilijke keuzes maken met grote gevolgen. In 2017 stond ik zonder relatie, huis en richting in mijn leven.’

‘Ik dacht na over wat ik echt belangrijk vind in het leven en kwam uit op drie dingen: ik ben bioloog en wil iets met de natuur doen. Daarnaast voelde ik sinds het overlijden van mijn grootvader een leegte. En tot slot: ik hou van de bergen. In die zoektocht naar richting in mijn leven, vond ik een album van mijn grootvaders tochten in de Alpen. Daarin stak een lijst van alle toppen van 4000 meter of hoger die hij had beklommen – hij zat aan zo’n 28 van de 82. We hebben er nooit over gepraat, maar het werd mijn missie om zijn droom voort te zetten. In een moeilijke periode is zo’n doel alles wat je nodig hebt.’


Wat is je meest memorabele beklimming?

‘Een van de bergen die mijn grootvader zelf twee keer heeft beklommen, is de Matterhorn. In 2018 stond heel mijn jaar in het teken van die berg. Het leek bijna niet door te gaan, omdat er te veel sneeuw lag op de dagen dat we de beklimming gepland hadden. Maar uiteindelijk vonden we een perfect moment en stonden een vriend en ik op 25 september 2018 op de top. Het was laat in het seizoen en we waren helemaal alleen. Ik had ook een poster met een foto van mijn grootvader mee. Dat blijft een van de meest ontroerende ervaringen.'

Heb je klimrituelen van je grootvader overgenomen?

‘Op de top heb ik altijd een innerlijk gesprek met hem. We hebben de bergen nooit samen beleefd, maar het idee dat hij dezelfde ontberingen heeft doorstaan, dezelfde routes heeft gevolgd en op exact dezelfde plekken heeft gestaan, geeft mij zo'n gevoel van verbondenheid. Dit project is onze gezamenlijke droom.’

‘Mijn grootvader heeft mij ook een verzameling foto’s van de bergen, gletsjers en berghutten nagelaten. Ik wil graag die reconstrueren. In 2019 liep ik bijvoorbeeld de Haute Route van Chamonix naar Zermatt, die hij ooit ook volgde. Sommige hutten zijn inmiddels vervangen, maar vele zien er nog net hetzelfde uit. Het is ongelofelijk om die foto’s exact te repliceren 60 à 70 jaar later.’

Hyperflexibel


Hoe bereid je je voor op de tochten?

‘Mijn hobby’s zijn lopen, om fit te blijven, en rotsklimmen. De rest spendeer ik zo veel mogelijk met mijn vriendin, met wie ik vaak samen naar de bergen ga of avontuurlijke reizen maak. Maar quasi alles staat in functie van mijn bergproject. Op mijn nachtkastje ligt zelfs een boekje met de routes van alle vierduizenders in de Alpen. Daarin lezen is mijn bedroutine.’


Welke uitrusting is essentieel bij het beklimmen van vierduizenders?

‘Vooral technisch materiaal, zoals ijsbijlen, ijsvijzen en friends (klemveerapparaten), zijn onmisbaar. De afgelopen jaren heb ik twee technische ijsbijlen aangeschaft, omdat ik steeds vaker bergen beklim met sneeuw- en ijshellingen van vijftig graden of meer. Daarnaast zijn een goede donsjas, regenkleding en stijgijzervaste schoenen essentieel. Voor mij begint het avontuur zodra ik mijn D-bottinnen aantrek. Dan heb ik het gevoel dat er mij niks kan overkomen.’

Hoe pas je je strategie aan het weer en de technische moeilijkheden aan?

‘Onlangs beklom ik de Rimpfischhorn samen met Jelle Veyt. We hadden een week ingepland om verschillende bergen van mijn lijstje af te strepen. Eén daarvan was de Aiguille Verte, omdat die vorig jaar niet gelukt was. Alleen waren de condities verre van ideaal. De afgelopen tien dagen had ook niemand die route genomen, waardoor er geen spoor lag. Van ons oorspronkelijke plan is dus niets terechtgekomen. Maar je moet vooral luisteren naar wat de bergen vertellen en soms moet je daardoor alles omgooien. We zijn hyperflexibel geweest en hebben gekeken naar alle haalbare alternatieven in de buurt. De Rimpfischhorn stond bijvoorbeeld niet op mijn planning voor dit jaar, maar daar zijn we toen wel naar de top geraakt.'

Bijna in de helft

Werk je samen met andere klimmers, gidsen of teams?

‘Net als mijn grootvader hou ik ook een boekje bij waarin ik per berg noteer wanneer ik die heb beklommen, met wie en vanuit welke hut. In de twaalf jaar dat ik naar de bergen ga, heb ik een stevig netwerk opgebouwd van vrienden met dezelfde passie. Sommigen wonen zelfs in Chamonix. Samen klimmen is zeker een meerwaarde, want je leert van iedereen bij. Jelle Veyt bijvoorbeeld, heeft veel ervaring met zijn Seven Summits-expeditie. Andere vrienden zijn meer gespecialiseerd in rotsklimmen. Zo heb ik vorig jaar met vrienden een technische D–plus-route gedaan, met stukken ijsklimmen. Zij waren daarin getraind en ik heb veel van hen opgestoken.’

Hoeveel toppen moet je nog afstrepen?

‘Mijn doel is om deze zomer tot in de helft te raken. Ik zit nu aan 32 toppen en wil er aan het einde van de zomer 41 bereikt hebben. Volgende week staat de Royal Traverse van de Mont Blanc op het programma, waar ik heel wat vierduizenders kan afvinken. Daarna trekken mijn vriendin en ik naar Noord-Italië, waar ik in het Monte-Rosa-massief nog vier toppen wil doen. En in augustus staan er nog vier beklimmingen gepland in Zwitserland.’


Geeft het extra motivatie om bijna halverwege te zijn?

‘Toen ik begon, voelde het als een Herculesopgave. Ik dacht: hier ga ik mijn hele leven mee bezig zijn. Nu ik bijna halverwege ben, voelt het veel haalbaarder. Tegelijk is mijn droom niet per se om dat doel te volbrengen. Mocht ik sterven zonder ze allemaal te hebben beklommen, dan ben ik nog altijd tevreden. Dit project geeft zin aan mijn leven. Ik zou zelfs in een zwart gat vallen als het ooit gedaan is. Ik leer onderweg zoveel bij - over mezelf, over anderen, over de bergen. Elke top is anders en ik komt mezelf soms op onverwachte manieren tegen. In 2017 heb ik mij voorgenomen dat ik mijn hele leven wil blijven verbeteren en met dit project doe ik dat 100 procent.'