Ik ben Jens Verhoeven, kampioen in romantiseren en gezegend met het onuitputtelijke vermogen om schoonheid te zien in wat me kruist. Aangewakkerd door nieuwsgierigheid bracht dat perspectief me op wondermooie plaatsen en raakte ik verknocht aan hoe het leven lijkt te transformeren wanneer ik weg ben van huis, in de natuur. Teruggeworpen op een beperkte uitrusting en in verlegenheid gebracht door de grootsheid van de natuur om me heen, verschuift mijn focus naar het hier en nu. Ik leef eenvoudiger, trager, en word ontvankelijker voor wat zich voor mijn ogen ontplooit.
Wanneer ik Catalonië binnenstap, voelt het alsof het tweede luik van mijn tocht officieel begint. Ik ben nu bijna drie weken onderweg en bevind me in het hart van de Pyreneeën. Gaandeweg merk ik dat ik mijn energie telkens uit verschillende bronnen haal. Waar de eerste weken vooral gedreven werden door de spanning van het avontuur en het ongeduld om de natuur in te duiken, laat ik me nu meer leiden door het ritme van de dagen. Dat ritme is intussen zo vertrouwd geworden dat ik het haast blindelings volg. Met vertrouwen weet ik: zolang ik mijn dagelijkse 25 kilometer stap, brengt het pad me vanzelf bij de Middellandse Zee.
De route is bovendien zo goed bewegwijzerd dat ik nauwelijks nog hoef na te denken over navigeren. Zo beweeg ik soms bijna als toeschouwer mee in mijn eigen lichaam, dat vanzelf vooruitgaat over de paden. En dat toeschouwen is een genot op zich, waar kalkstenen wanden plaatsmaken voor groene valleien en weidse vergezichten. De Pyreneeën tonen opnieuw hoe veelzijdig ze zijn.
Op die manier nader ik – via een pittige col – de grens met Andorra. Hier merk ik hoe de bergen zich opnieuw oprichten: ruiger, uitdagender, maar ook bijzonder mooi. Andorra verrast me met zijn contrasten: stille valleien waar enkel wind en water klinken, afgewisseld met moderne skioorden die plots opduiken alsof ze uit een andere wereld komen. Het geeft dit deel van de tocht een vreemd, maar boeiend karakter. En eerlijk is eerlijk: de luxe van die oorden kan ik op zo’n moment best waarderen. De overvloed in de supermarkten voelt als een kleine overwinning. Met ogen groter dan mijn rugzak beloon ik me rijkelijk voor de inspanning van de dag.
Zo gaat de tocht verder, telkens met nieuwe verrassingen onderweg. Van verlaten valleien tot de luxe van een supermarkt: elke dag heeft zijn eigen kleine beloningen. En die afwisseling maakt dat ik telkens met goesting weer verder stap.
Onbemande hutten in Spanje en Andorra
Een van die kleine beloningen onderweg zijn de onbemande hutten die ik gaandeweg ontdekte. Verspreid over Spanje en Andorra vind je ze in allerlei gedaantes: van simpele stenen onderkomens met enkel vier muren en een dak, tot beter uitgeruste hutjes met slaapplatforms, een bank, een houtkachel en soms zelfs een stapel brandhout.
De werking is eenvoudig: de hutten zijn vrij toegankelijk en dienen als schuilplaats voor wandelaars of herders. Je hoeft er doorgaans niet voor te reserveren of te betalen. Wat deze hutten zo bijzonder maakt, is hoe ze het slapen in de tent aanvullen. In slecht weer bieden ze een veilige, droge plek om te schuilen. Op andere momenten zorgen ze voor variatie in de routine van kamperen. Je hoeft geen tent op te zetten en kunt beschut koken. Daarnaast ontmoette ik al veel gelijkgezinden in deze hutten, wat steeds waardevolle connecties opleverde.
Ze staan allemaal aangeduid op de kaarten en wie een beetje handig puzzelt, kan – gebruikmakend van deze hutten – zelfs de volledige GR11 wandelen zonder tent. Naar mijn mening mis je zo een deel van de ervaring, maar het scheelt natuurlijk wel wat in gewicht.

Collega Jens doorkruist de Spaanse Pyreneeën via de GR11 - deel 4